Geclusterd wonen: oases in de mantelzorgwoestijn



Categorie Woningcorporaties

Onderwerpen

Wonen, welzijn en zorg voor ouderen wordt de komende jaren anders georganiseerd. De enorme toename van het aantal ouderen leidt tot een net zo enorme toename in de vraag naar zorggeschikte woonvormen. Er zijn onvoldoende zorgprofessionals om de huidige werkwijze door te zetten, waardoor ook de kosten van langdurige zorg explosief stijgen. Het ministerie van VWS heeft bij monde van minister Helder de slogan gekozen: ‘zelf als het kan, thuis als het kan, digitaal als het kan’. Dit geeft kort en krachtig weer welke koers er in de komende jaren wordt gevaren. Daarbij betekent ‘zelf als het kan’ in de praktijk vooral ook de inzet van het eigen mantelzorgnetwerk van de zorgvrager. Maar is dat wel reëel als ook de mantelzorgers vergrijzen? Waarom leidt weinig mantelzorg tot risico’s voor woningcorporaties? En welke gebieden hebben hier als eerste mee te maken?

In dit artikel: laten we zien dat er landelijk grote verschillen bestaan in de beschikbaarheid van mantelzorg. Ook bekijken we de inkomenspositie van oudere huishoudens en verkennen de impact daarvan op de toegankelijkheid tot ondersteuning en zorg. We laten zien dat bij gebrek aan mantelzorg de toegankelijkheid van wonen met zorg met name voor de laagste inkomensgroepen onder druk kan komen. Tot slot gaan we in op de risico’s die deze ontwikkeling voor corporaties oplevert en laten we zien wat corporaties kunnen doen om de risico’s te beperken.

Belang mantelzorg groeit vanwege toename grijze druk

De inzet op mantelzorg vanuit het eigen netwerk van ouderen is begrijpelijk. Onderstaand figuur laat zien dat de beroepsbevolking in de komende decennia relatief beperkt toeneemt en in sommige gebieden zelfs krimpt. Het aantal 85-plussers verdubbelt tot 2040 daarentegen ruim (bron: CBS, kernprognose bevolking 2023-2060). De zogeheten grijze druk – ofwel de verhouding tussen het aantal ouderen en potentiële werkenden – neemt daarom toe. Die ontwikkeling is met name buiten de Randstad al ingezet, maar ook de Randstad ontkomt niet aan de trend. Als we doorgaan zoals we de zorg nu hebben georganiseerd, moet in 2040 één op de vier mensen in de zorg werken (ten opzichte van één op de zeven in 2015). Dat is een onmogelijke opgave en vereist toenemende inzet van mantelzorg.

Groei van de potentiële beroepsbevolking* per COROP

Groei van de potentiële beroepsbevolking per COROP

* 20 jaar tot de AOW-leeftijd.
Bron: PBL/CBS.

Nederland verandert in een mantelzorgwoestijn

In de praktijk blijkt dat veel mantelzorgers een leeftijd tussen 50 en 75 jaar hebben. In veel gevallen betreft het kinderen die mantelzorg aan hun ouders verlenen. De ‘oldest old support ratio’ (OOSR) geeft de verhouding aan tussen het aantal 50-75-jarigen en het aantal 85-plussers en vormt een indicator van de beschikbaarheid van mantelzorg. Uit de bevolkingsprognose van het PBL en CBS blijkt dat het gemiddelde aantal potentiële mantelzorgers per oudere in Nederland gaat afnemen van veertien in 2020 tot zes in 2040. De afname heeft zich in sommige gebieden al stevig gemanifesteerd: diverse gemeenten in Zuid-Limburg en Zeeland kwamen in 2020 al niet hoger dan tien. Opvallend is ook de lage OOSR in vergrijsde maar relatief welvarende gemeenten. In Wassenaar, Bloemendaal en Laren bedraagt de OOSR acht tot tien. Ook in 2040 zijn dit mantelzorgwoestijnen, per 85-plusser zijn dan slechts vier tot vijf potentiële mantelzorgers aanwezig, terwijl het gemiddelde van Nederland dan op zes ligt.

Combinatie weinig mantelzorg én lage inkomens vooral in Limburg en Noord-Nederland

De hierboven genoemde gebieden verschillen in een belangrijk opzicht van elkaar. In Zuid-Limburg en Zeeland zijn de inkomens gemiddeld relatief laag, terwijl inwoners van de vier genoemde gemeenten relatief hoge inkomens hebben. En dat betekent een wezenlijk andere positie in de markt voor zorg en ondersteuning. Onderstaand figuur geeft de 32 gemeenten weer die zowel bij de 20% laagste OOSR-scores in 2040 als bij de 20% laagste gemiddelde besteedbare inkomens horen. We zien duidelijke concentraties in de voormalige krimpgebieden in Limburg, Noord-Nederland en Zeeuws-Vlaanderen. In deze gebieden wonen relatief veel ouderen die geen of weinig aanspraak kunnen maken op mantelzorg én geen geld hebben om bij gebrek aan mantelzorg zelf ondersteuning of zorg in te kopen. Deze ouderen zijn volledig afhankelijk van het collectieve aanbod van professionele ondersteuning en zorg.

Combinatie weinig mantelzorg én lage inkomens vooral in Limburg en Noord-Nederland

Kleine kernen, weinig mantelzorg, personeel en geld: wie levert daar nog zorg thuis?

De uitdagingen in de gebieden met relatief weinig mantelzorgers en relatief lage inkomens zijn groot. Het is bekend dat eenzaamheid – een mogelijk gevolg van gebrek aan mantelzorg – leidt tot een versnelde en versterkte zorgvraag. Die zorgvraag is relatief duur en weinig praktisch in te vullen als ouderen verspreid wonen over relatief kleine kernen in landelijke gebieden. Daarmee komen in deze gebieden dus verschillende uitdagingen bij elkaar. Het is vooral in deze gebieden aannemelijk dat zorgaanbieders in de komende jaren noodgedwongen keuzes moeten maken in waar zij hun schaarse personeel inzetten. Dat zal in toenemende mate slechts nog gebeuren op plaatsen waar de zorgverlening efficiënt kan plaatsvinden, of wanneer de meerkosten van het leveren van zorg op een incourante locatie vanuit particuliere bijdragen worden gedekt. Toegang tot die particuliere aanbieders is voor de doelgroep van woningcorporaties echter financieel niet haalbaar. De toegankelijkheid tot voldoende (24-uurs) zorg komt daarmee in landelijke gebieden voor ouderen met lage inkomens steeds meer onder druk.

Weinig mantelzorg leidt tot risico’s voor woningcorporaties

Zodra mantelzorg en professionele zorg slechts beperkt beschikbaar is, neemt de kans op vereenzaming, verwaarlozing, overlast en gevaarlijke situaties toe. Dat heeft impact op de woning en de buurt waarin de oudere woont. Daarmee wordt het probleem van de bewoner en de zorginstelling (ook) het probleem van de woningcorporatie.

Inzet op geclusterd wonen met activerende welzijnsactiviteiten

Ondanks de weinig opwekkende vooruitzichten kunnen woningcorporaties, gemeenten en welzijns- en zorginstellingen samen veel betekenen voor ouderen met een ondersteunings- of zorgvraag. De nadruk moet daarbij liggen op het woord ‘samen’. Gemeenten kunnen mantelzorgers ondersteunen en met inzet van welzijnswerk ontmoeting en een actieve leefstijl faciliteren. Ook kunnen gemeenten helpen door de openbare ruimte meer ‘seniorproof’ te maken (zie bijvoorbeeld deze publicatie van het Ben Sajet Centrum voor inspiratie). Als woningcorporatie kunt u wooncomplexen ontwikkelen die uitnodigen tot sociaal contact, bijvoorbeeld door een ontmoetingsruimte of een gemeenschappelijke tuin te creëren. Daarbij moet worden voorkomen dat een verpleeghuis 2.0 ontstaat, met alleen maar ouderen met een zware zorgvraag. Combinaties van starters, gezinnen en (zorgbehoevende) ouderen rondom een hofje of in een appartementencomplex met een gezamenlijke binnentuin bieden enerzijds kans tot clustering van de zorgvraag en anderzijds een aanmoediging voor levendigheid en ontmoeting. Door daar op in te zetten, kan de zorgvraag worden verminderd en uitgesteld.

Conclusie: aandacht en samenwerking is vereist, vooral in voormalige krimpgebieden

De afname van het aantal mantelzorgers is al een tijdje ingezet en versnelt in de komende twee decennia. Vooral in de voormalige krimpgebieden wonen veel ouderen die bij gebrek aan mantelzorg en eigen financiële middelen een relatief snel en zwaar beroep doen op professionele ondersteuning en zorg. Tegelijkertijd is ook in deze regio’s steeds sterker sprake van een tekort aan zorgprofessionals. Verschillende uitdagingen komen samen, met een zeer ongewenste maatschappelijke uitkomst. Het is zowel voor corporaties, gemeenten als welzijns- en zorginstellingen noodzakelijk om de handen ineen te slaan en in te zetten op geclusterde woonvormen en woonomgevingen die sociaal contact en een actieve leefstijl stimuleren. Daarmee wordt de vraag om professionele zorg afgezwakt en zo lang mogelijk uitgesteld. En dat houdt mantelzorgers langer in de race én de zorg beter toegankelijk voor de mensen die er écht niet meer zonder kunnen.

Meer inzicht in het speelveld van Wonen en Zorg?

Heeft u vragen over dit artikel of wilt u sparren over uw mogelijkheden? Neem contact op met Michiel Majoor. Wilt u meer weten over het speelveld van woonzorgvastgoed? Tijdens de training De businesscase van zorgvastgoed staan we stil bij de eisen, risico’s, huurcontracten en de impact voor uw corporatie. Bekijk hier het programma en de data.

"*" geeft vereiste velden aan

Of stel direct een vraag over het speelveld van Wonen en Zorg

Door dit formulier te verzenden gaat u akkoord met onze privacyverklaring. Na het versturen van dit formulier worden alleen de gegevens opgeslagen en verwerkt die u hierboven invult; er wordt geen andere informatie verzameld.

Senior adviseur woningcorporaties en zorginstellingen
Gerelateerde artikelen

Typ hier uw vraag...